woensdag 10 augustus 2016

Een samenleving kan best zonder religie

Volgens hoogleraar privaatrecht Reinout Wibier vormt godsdienst een waardevolle toevoeging op het menselijk bestaan (De Volkskrant, 25 juli). Zijn betoog is echter gebaseerd op foutieve redeneringen. De elementen van religie die Wibier waardevol acht, zijn schromelijk overdreven of kunnen eenvoudigweg bestaan zonder dat godsdienst aanwezig is.
Atheïsten die religie categorisch afwijzen als achterhaald of slecht zijn volgens Wibier oppervlakkig, beperkt en onverdraagzaam. Echter, er zijn voor zover ik weet maar weinig atheïsten die dat zonder goede reden doen. Veel atheïsten zijn kritische denkers die religieuze claims serieus nemen. Het punt is dat het kritisch bestuderen van deze claims vaak leidt tot de conclusie dat deze achterhaald of slecht zijn. Op basis van wetenschappelijke inzichten weten we bijvoorbeeld dat het scheppingsverhaal uit Genesis 1 onjuist is en dus achterhaald.
Overigens is het niet problematisch als mensen desondanks in dit scheppingsverhaal willen geloven. Atheïsme en liberalisme gaan hand in hand. Ieder mens mag geloven en denken wat hij of zij wil. Onder die vrijheid valt ook dat je het geloof van anderen dom mag vinden. Zolang je anderen niet schaadt, is alles toegestaan.
Wel problematisch zijn de religieuze claims met morele implicaties. Wibier geeft zelf het voorbeeld van religieus geïnspireerd terrorisme en godsdienstige oorlogen. Dergelijk geweld mogen we nooit goedkeuren. Wibier trekt een parallel tussen religie en wetenschap: op eenzelfde manier zouden we wetenschap verantwoordelijk kunnen houden voor geweld. Het is immers de wetenschap die de atoombom heeft uitgevonden en de wetenschap die het mogelijk maakt om vliegtuigen en auto's te bouwen die vervolgens ongelukken veroorzaken.
Er is echter een fundamenteel verschil. Religie kan oproepen tot geweld, wetenschap niet. Wetenschap is waardenneutraal en slechts een manier om kennis te vergaren. Wetenschap kan technologie leveren – zowel atoombommen als MRI-scanners – maar geen voorschrift over hoe ermee om te gaan. Dat is voorbehouden aan het domein van de ethiek. Wetenschap kan daarom niet verantwoordelijk gehouden worden voor geweld.
Helaas is religie vaak wel een inspiratiebron voor geweld. De heilige boeken van joden, christenen en moslims kennen passages die oproepen tot geweld en zelfs tot het doden van anderen. Hoewel de meeste religieuzen hier misschien geen gehoor aan geven, geeft hun geloof ze wel een vrijbrief voor andere immorele daden. Zo besnijden vrijwel alle joden en moslims hun zoons: een aantasting van de lichamelijke integriteit en onomkeerbare keuze die vaak (op latere leeftijd) nadelige gevolgen heeft voor het kind.
Daarnaast heeft religie een slechte staat van dienst als het aankomt op emancipatie van bijvoorbeeld vrouwen of homoseksuelen. Uit onderzoek onder Vlaamse jongeren – dit jaar uitgevoerd door de Vrije Universiteit Brussel – blijkt dat niet-gelovige jongeren toleranter staan tegenover homoseksualiteit dan jonge christenen en moslims. Uiteraard is dat geen verrassing als je weet wat de Bijbel en Koran over homoseksualiteit zeggen.
Het is mij mede hierom onduidelijk waarom Wibier de Bijbel een onuitputtelijke bron van wijsheid noemt. Daarnaast zijn er inderdaad religieus geïnspireerde goede doelen, maar er zijn ook talloze goede doelen zonder religieuze basis. Religie is geen vereiste om anderen te helpen.
Als we een oordeel willen vellen over religie, moeten we het totaalplaatje in acht nemen. Veelal blijkt dat de goede elementen die aan een godsdienst worden toegedicht, geen exclusief religieuze elementen zijn. Veel negatieve elementen zijn echter inherent aan een geloof gebonden. Het afwijzen van religie is daarom vaak niet een categorische afwijzing die niet overdacht is, maar een terechte conclusie op basis van het totaalplaatje van een godsdienst.